Je hebt je periodieke ‘kijken hoe het met je gaat’ gesprek met je leidinggevende.
Op een gegeven moment zegt ze: “Zeg, wat ik vond dat je goed deed..”. Je denkt: “Oh nee help, ze heeft een feedback cursus gevolgd” en je voelt je hakken in het zand schieten.
Waarom willen we elkaar toch feedback geven? 🤔
Je hebt ooit leren lopen. En fietsen. Dat lukte doordat je ouders en je opa en oma je hebben aangemoedigd. Als je kleine zijn eerste stapjes zet, loop je juichend mee. Je geeft complimenten, je moedigt aan.
Je hebt al je vaardigheden geleerd doordat een ander je de goede kant uit stuurde. Je kunt niet leren zonder feedback.
Maar waarom haak je dan zo af op sandwich feedback?
Met sandwich feedback is eigenlijk niets mis. Het kan zelfs prima werken. De problemen beginnen als het een maniertje wordt. Als het niet echt is. Als het de standaard stap 1, stap 2 en stap 3 is. Altijd in dezelfde volgorde.
Je voelt het feilloos aan als andere mensen niet echt zijn. Daar haak je op af. Je vertrouwt het niet. Je luistert niet meer. En dan wordt sandwich feedback irritant. 😣 Als je het zo doet: stop met sandwich feedback!
Maar wat werkt dan wél?
Vergeet het stappenplan. Geef feedback niet met je hoofd, maar met je hart. Het volgende kan helpen, maar is niet verplicht:
• Doe je best om weg te blijven bij oordelen zoals ‘slecht’ of ‘verkeerd’. Dat jaagt mensen in de verdediging.
• Moedig de ander aan. Net zoals je ouders bij jou deden.
• Maak het specifiek. Met “dat moet je anders doen” kan niemand iets. Vertel wat precies en hoe precies.
• Kies het goede moment. Als je collega een kloppende ader op zijn voorhoofd heeft, kan je beter even wachten.
Het belangrijkste is dat je meent wat je zegt en dat je intentie is om de ander te laten groeien. Je intentie maakt het verschil tussen feedback en kritiek. ❤
Als je dat in je achterhoofd houdt, dan accepteren je mensen je feedback wél. Dan zijn ze er zelfs blij mee. En dan heeft het nut.
Hoe ga jij om met feedback?